donderdag 6 december 2012

Ouderen aan het roer, organisaties aan de kant?

'Ouderen nemen het roer over', zo begint Ad Pijnenborg van zorgcoöperatie Hoogeloon zijn verhaal op het congres Seniorencoöperaties en zelforganisatie op 22 november. Welke rol pakken gemeenten, welzijn- en zorgorganisaties en woningcorporaties dan?, vraag ik me af. Worden ze het 'fokkemaatje [1]' van de ouderen of staan ze aan de kant?

Coöperaties in de lift
Het gaat goed met de coöperaties van ouderen in wonen, welzijn en zorg. Zo goed dat ze het tijd vonden hun eigen congres te organiseren samen met ILC Zorg voor Later. Ook zo’n club van ouderen zelf. De zaal is gevuld met veel ouderen. Een klein deel ervan is al actief in een coöperatie of zelforganisatie. Maar op de vraag wie plannen heeft in deze richting gaan heel wat handen omhoog. Verspreid over de zaal de professionals, iets jonger dan de actieve ouderen, werkzaam bij kenniscentra, welzijns- of zorgorganisaties en een enkele woningcorporatie of gemeente. Nieuwsgierig, soms gegrepen door deze nieuwe ontwikkeling en zoekend naar hoe ze zich ertoe moeten verhouden.

Missionair karakter
Martin Boekholdt (hoogleraar en bestuurslid van ILC Zorg voor Later) plaatst de opkomst van de zelforganisaties in een maatschappij waar formele zorg minder een recht is en de publieke middelen beperkt zijn. Er wordt een groter beroep gedaan op eigen bekostiging en de gemeente krijgt een grote rol in de zorg en ondersteuning van ouderen. Ouderen nemen het roer over vanuit de verantwoordelijkheid die ze voelen om voor zichzelf te zorgen en de wil om de eigen regie te behouden. Daarnaast speelt de verschraling van de formele zorg en de druk vanuit de overheid om eerst in eigen kring ondersteuning te organiseren een rol. Een mix van intrinsieke en externe factoren. Het lijkt er op dat een extern beroep op eigen verantwoordelijkheid aansluit bij de eigen wil van ouderen het zelf te regelen. Zo veranderen ouderen van zorgconsument naar coproducent. Niet voor niets spreekt Boekholdt van het missionaire karakter van de zelforganisaties. Ouderen doen het omdat ze het goed vinden; voor zichzelf maar ook voor anderen.

Eetgroep zorgcoöperatie HoogeloonModern nabuurschap en eigen zorg
De praktijkverhalen van Stadsdorp Zuid in Amsterdam en Zorgcoöperatie Hoogeloon spreken boekdelen. Jacques Allegro verhaalt van de start die in Amsterdam lag bij het vinden van betrouwbare vaklieden, zoals een klusjesman of iemand voor computeronderhoud. Inmiddels zijn er vele kringen actief voor gezamenlijke activiteiten, krijgt modern nabuurschap vorm en zijn er afspraken met een zorgorganisatie over hoe de zorg geleverd wordt. Ad Pijnenborg van zorgcoöperatie Hoogeloon is al 10 jaar bezig. De coöperatie heeft 240 leden, 40 vrijwilligers en 8 betaalde medewerkers. In 2013 opent het nieuwbouwproject kleinschalig wonen voor 14 zorgvragers zijn deuren. En dat in een dorp van 2200 inwoners waaruit je 10 jaar geleden moest verhuizen als je intensievere zorg nodig had. Nu helpen actieve senioren kwetsbare ouderen, voelen ouderen zich veilig en gerust en is de bereidheid elkaar te helpen in een modern jasje teruggekomen, aldus een trotse Pijnenborg.

Kritische houding
Wat betekent de opkomst van zorgcoöperaties voor de houding die gemeenten en professionele organisaties in moeten nemen tegenover dit nieuwe fenomeen? Moeten ze gaan zitten wachten tot ze ontstaan en zich er vooral niet mee bemoeien, of zijn er manieren om te zorgen dat dit soort initiatieven op grotere schaal landen? De sprekers zijn kritisch. Pijnenborg noemt de bureaucratie van zorgorganisaties verstikkend. Bureaucratie haalt de ziel uit de zorg. Werk samen maar blijf onafhankelijk en houd de eigen visie vast, is zijn raad. Allegro kiest voor de onderhandeling. Bij de zorg is dat een succes en het zou ook kunnen werken bij de gemeente als het gaat om de uitvoering van de Wmo. Boekholdt ziet de zelforganisaties als bewegingen die zich tegenover de institutionele kaders stellen. Ze zijn activistisch van karakter. Zoals Pijnenborg het stelt: "Mensen moeten wel ergens ontevreden over zijn voor ze een coöperatie gaan oprichten".

Nieuwe samenwerking
Maar kritische ouderen die zoeken naar nieuwe vormen van zorg en ondersteuning zijn toch precies de burgers die we nodig hebben in een tijd waar de traditionele vorm van ouderenzorg niet meer haalbaar is? Misschien helpt het als we ook eens uit onze eigen rol stappen. Want naast dat we werkzaam zijn bij een gemeente of organisatie voor wonen, welzijn en zorg, zijn we ook allemaal burgers en gaat de zoektocht ons allemaal aan. Als we ons verbinden met actieve ouderen en hun zoektocht ook tot de onze maken, kan er een hoop gebeuren. En zijn gelijk de jongere generaties ook betrokken. Dus liever ‘fokkemaatje’ dan aan de kant; per slot van rekening zitten we allemaal in het zelfde schuitje.

[1] persoon die de fok bedient op tweepersoonszeilbootjes 

Meer lezen?


Door Daniëlle Harkes, manager van het Aedes-Actiz Kenniscentrum Wonen-Zorg. De samenwerking tussen woningcorporaties, zorg- en welzijnsorganisaties en gemeenten en de ontwikkeling van woonservicegebieden en multifunctionele accomodaties zijn binnen het Kenniscentrum haar aandachtsgebieden.